Dit artikel verscheen op 2 november 2017 op de website van Gazet van Antwerpen.
De Wever had na de opstoot van geweld, vrijdag- en zondagavond, aangekondigd dat hij de gemeenschappen zou horen en dialoog op gang zou brengen. We publiceren hieronder het volledige persbericht van De Wever:
“Na de recente rellen in de Brederodewijk, waar de rust ondertussen is teruggekeerd dankzij de goede inzet van de wijkpolitie en de constructieve medewerking van de buurt, heb ik vandaag in alle discretie verschillende vertegenwoordigers van de Turks-Antwerpse en Koerdisch-Antwerpse gemeenschappen gesproken.
Rond de tafel luisterde ik naar hun voorstellen om het vreedzaam en met respect samenleven te versterken van Antwerpenaren van gelijk welke afkomst of overtuiging. Deze basiswaarde van onze stad werd door iedereen rond de tafel onderschreven, net als het verwerpen van elke vorm van agressie en geweld. Ik noteerde eveneens de unanieme steun voor onze veiligheidsdiensten, die de orde en rust bewaren in onze straten en wijken.
Ik ben ervan overtuigd dat door onze gezamenlijke inzet de leefbaarheid van de Brederodewijk, die alom gekend is als een aangename stadsbuurt, verzekerd is. Dit engagement is voor mij in het bijzonder belangrijk voor het versterken van het sociaal weefsel van onze stadsgemeenschap. Enkel door elkaar te respecteren kunnen wij het goede samenleven in Antwerpen waarmaken.
Ik wil benadrukken dat ik ook in de toekomst krachtdadig zal blijven optreden wanneer spanningen tussen gemeenschappen uitmonden in geweld tegen politiemensen en beschadigingen van handelszaken en eigendommen. Meningsverschillen kunnen in onze vrije rechtsstaat nooit een vergoelijking zijn voor agressie. Daar bestaat geen enkel excuus voor.
Om die reden blijven de bijzondere maatregelen die ik heb genomen in de Brederodewijk voorlopig van kracht zodat de wijkpolitie de mogelijkheid heeft om de rust door aanspreekbaarheid en bemiddeling verder te bewaren. Ik heb ook het volste vertrouwen in het onderzoek van het parket. De daders zullen hun verantwoordelijkheid niet ontlopen.”