Het HDP-kantoor in Adana dat verwoest werd door een bom (foto AA)

Het HDP-kantoor in Adana dat verwoest werd door een bom (foto AA)

Brussel, 22 mei 2015

In Turkije lopen de spanningen in de aanloop naar de verkiezingen van 7 juni hoog op. Daarbij wordt er bijna systematisch geweld gepleegd tegen de pro-Koerdische Democratische Partij van de Volkeren (HDP). Een duidelijke poging om te vermijden dat de HDP de kiesdrempel van 10% zou halen, wat een serieuze streep door de rekening zou betekenen voor de ambities van president Erdoğan.

Twee weken voor de verkiezingen stond de teller van fysieke aanvallen op partijbureaus, verkiezingskantoren, auto’s, personeel en vrijwilligers van de HDP bij de partij zelf al op 60 verschillende incidenten. Een rapport van de mensenrechtenorganisatie IHD heeft het zelfs over 114 aanvallen tegen de HDP tussen 23 maart en 19 mei. De aanvallen waren volgens journalist Cengiz Çandar verspreid over 60 van de 81 provincies van Turkije. Het gaat om vandalisme, maar ook om gewapende aanvallen (waaronder geweerschoten op het HDP-bureau in Ankara en aanvallen van knok-ploegen met knuppels en machetes), aanslagen met molotovcocktails, brandstichtingen, arrestaties en martelingen van HDP-activisten. Driest dieptepunt waren twee bomaanslagen.

Een bom in een bloempot

In de ochtend van 18 mei ontplofte er bijna gelijktijdig een bom op het HDP-bureau van Adana en dat van Mersin. Bij de aanslag in Adana raakten zes mensen gewond, waarvan één ernstig.

Bij de aanslag in Mersin raakte als bij toeval niemand zwaar gewond, maar de gevolgen hadden ernstig kunnen zijn. Toen de dag ervoor bloemen afgeleverd werden op het HDP-kantoor, vertrouwden de medewerkers het niet. Ze dachten dat er misschien afluisterapparatuur in de bloempot verstopt zou kunnen zitten en zetten de bloemen op het balkon. Gelukkig maar, want de bloempot bleek een bom en als die binnen afgegaan was, dan hadden er doden kunnen vallen, waaronder misschien zelfs de populaire covoorzitter van de HDP, Selahattin Demirtaş. De bom ging immers af een paar minuten voordat Demirtaşop het hoofdkwartier zou arriveren, waardoor de aanval door sommigen geïnterpreteerd wordt als een aanslag op Demirtaş.

Demirtaş zelf bleef er alleszins vrij stoïcijns onder. Zijn verkiezingstoespraak diezelfde dag in Mersin ging gewoon door. Een week eerder werd de privéwoning van Demirtaş nog ‘per ongeluk’ doorzocht door politieagenten die naar eigen zeggen op zoek waren naar een vermeende drugshandelaar. Maar ondanks alle druk die op hem en zijn partij gezet wordt, slaagt de HDP-covoorzitter erin zijn kalmte te bewaren. “Vrede in dit land is veel belangrijker dan verkozen worden voor het parlement en zelfs dan … het leven,” zei hij tijdens zijn Mersin-toespraak. Demirtaş eindigde met een boodschap voor president Erdoğan, die door zijn haatdragende uitspraken gezien wordt als de aanstoker van alle geweld tegen de HDP en die opvallend genoeg de bomaanslagen niet meteen veroordeelde. “We hebben de boodschap begrepen,” zei Demirtaş, “en hier is ons antwoord: we zullen niet toelaten dat jij de president wordt van het presidentiële systeem dat je wil invoeren! Wij, de HDP, zullen de leeuw in je hart veranderen in een klein poesje.”

Wie zit er achter de aanslagen?

Het onderzoek naar de bomaanslagen, die niet werden opgeëist, is nog gaande. Volgens advocaat Vedat Özkan, verkiezingskandidaat voor de HDP, is één man verantwoordelijk voor beide aanslagen. Ooggetuigen hebben het over een 30- tot 35-jarige man. De Turkse veiligheidsdiensten zoeken echter – zeer opportunistisch – in de richting van drie Syrische agenten van het Assad-regime. Premier Davutoğlu verklaarde enkele dagen later op zijn beurt dat de dader gezocht moet worden in kringen van de extreemlinkse DHKP-C … De extreemrechtse MHP, een aartsvijand van de HDP, heeft zich alvast publiekelijk gedistantieerd van de aanslag.

Wie ook achter de aanslagen zit, de HDP houdt de regerende Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (AKP) alleszins politiek verantwoordelijk. “De regering wil duistere krachten in het spel brengen om de vooruitgang en de verkiezingsactiviteiten van onze partij te bemoeilijken. De politieke verantwoorde-lijkheid van deze aanslag rust op president Erdoğan, premier Davutoğlu en de AKP-regering. Zij die overal waar ze spreken onze partij beledigen en belasteren, hebben vandaag opnieuw hun oogst binnengehaald in Adana en Mersin,” aldus een verklaring van de HDP.

Op elke verkiezingsrally in de Koerdische regio’s zwaaide Erdoğan – die volgens de Turkse wet als president eigenlijk niet partijgebonden hoort te zijn (!) – tijdens zijn toespraak met een Koerdische vertaling van de Koran, waarbij hij Demirtaş ervan beschuldigde een ‘ongelovige’ te zijn. Lasterlijke uitlatingen tegen de persoon van Demirtaş – zoals de bewering dat hij spek heeft gegeten tijdens een reis naar Duitsland – zijn schering en inslag. Ook premier Davutoğlu droeg zijn steentje bij toen hij liet optekenen dat hij de voornaam van de HDP-covoorzitter niet meer zou uitspreken omdat die verwijst naar de onder moslims zeer geliefde figuur van Saladin, die Jeruzalem heroverde op de kruisvaarders.

Conservatieve Koerdische stammen keren AKP de rug toe

Met hun haatcampagne proberen Erdoğan en de zijnen de Koerdische stemmen die ze momenteel aan de HDP dreigen te verliezen terug te winnen. De HDP is er de afgelopen maanden immers in geslaagd een groot aantal Koerdische stammen die traditioneel op de AKP stemmen, te overhalen ditmaal de HDP te steunen. Het Congres voor een Democratische Samenleving (DTK) – in 2007 opgericht als een koepel van Koerdische politieke en civiele groepen – speelde een grote rol in het overtuigen van de stamhoofden (onder meer via de traditionele verzoeningscommissies die nog vaak gebruikt worden om geschillen buiten het Turkse rechtssysteem om te regelen). Begin mei werd de overgang van de Raman-stam uit Batman, goed voor ongeveer 20.000 stemmen, naar de HDP aangekondigd tijdens een druk bijgewoonde ceremonie. Opmerkelijk aangezien ook veel dorpswachters (een door de Turkse overheid opgerichte en bewapende Koerdische militie) uit deze stam komen. In Baskale in de provincie Van zag de AKP haar hele districtsmanagement ontslag nemen en overlopen naar de HDP. En in Suruç, aan de grens met Kobanê, organiseerden vijf stammen en grote, gezamenlijke optocht waarmee ze hun overstap naar de HDP aankondigden.

De redenen waarom conservatief-religieuze Koerden de AKP nu de rug toekeren zijn veelvoudig. Zo zijn de uitspraken van Erdoğan over Kobanê in het najaar van 2014, waarbij de president liet uitschijnen dat hij blij zou zijn als de stad in handen zou vallen van de Islamitische Staat, bepaald niet goed onthaald in de Koerdische regio’s. De 34 doden tijdens een Turkse luchtaanval op Roboski in 2011, de onwil van de AKP om echt vooruitgang te boeken in het vredesproces en Erdoğan’s gezwaai met een Koerdische Koran (wat beledigend overkwam bij religieuze Koerden), zijn eveneens redenen tot onvrede. De HDP heeft er bovendien de afgelopen tijd alles aan gedaan om ook dit religieus-conservatieve deel van het Koerdische electoraat voor zich te winnen, onder meer door de aanstelling van religieuze kandidaten op de HDP-lijst.

Koningmaker

Ook veel progressieve Turken zien een stem op de HDP, die als ‘koningmaker’ een cruciale rol zal spelen in deze verkiezingen, als een belangrijk wapen tegen de groeiende almacht van Erdoğan. Als de HDP erin zou slagen om de astronomische kiesdrempel van 10% – een erfenis van de militaire staatsgreep van 1980 – te halen, dan is dat een zware opdoffer voor Erdoğan. De despotische president zoekt immers een twee derde meerderheid in het parlement zodat hij de grondwet kan wijzigen en een presidentieel systeem kan invoeren dat hem als president meer macht zou geven dan de ceremoniële functie die hij nu heeft. Als de HDP de kiesdrempel haalt, dan krijgt de partij een zestigtal zetels in het parlement, die anders grotendeels naar de grootste partij, zijnde de AKP, zouden gaan. In een dergelijk geval zou het zelfs moeilijk worden voor de AKP om een voldoende grote meerderheid te behalen om opnieuw alleen te regeren en dringt een coalitieregering zich op. Redenen genoeg dus voor Erdoğan om alles op alles te zetten opdat de HDP de kiesdrempel niet zou halen, waarbij lastercampagnes niet geschuwd worden, noch fysieke agressie en waarbij er ook ditmaal gevreesd wordt voor fraude tijdens de verkiezingen …

Kristel Cuvelier, stafmedewerker Koerdisch Instituut

F
E
E
D

B
A
C
K