Mevrouw de Voorzitter,
De informatie bereikt ons dat VRT-journalist Veli Yüksel de CD&V-rangen zal vervoegen
bij de eerstvolgende verkiezingen. Volgens uw verklaring is hij niet gevraagd omdat hij van Turkse afkomst is. "Voor ons is hij een Vlaming en hij zal zich niet opsluiten in het hokje van de migrantenpolitiek", aldus uw woorden.
Met klem wil ik uw aandacht erop vestigen dat er zoiets bestaat als de Koerdische kwestie. De Koerden zijn het grootste volk op aarde (35 miljoen), zonder land. In Turkije (15 miljoen) stelt het probleem zich heel scherp. Over deze aangelegenheid heb ik vijf boeken geschreven en bereid ik een doctoraat voor aan de KUL.
Reeds enkele malen heb ik de nieuwsdienst van de VRT gevraagd bij opeenvolgende berichten over de situatie van de Koerden in Turkije, bepaalde correcties te willen aanbrengen. Of de invloed van Yüksel meegespeeld heeft om eigenzinnig mijn aanbreng te negeren, weet ik niet.
Enkele keren heb ik moeten vaststellen dat de flagrante leugens van de Turkse ambassadeur wel gekoesterd werden, niet alleen door de VRT maar ook door de Belgische regering. Een recent abominabel voorbeeld was de afhandeling van de uiterst laffe moord in Zuid-Oost-Turkije door de Turkse veiligheidsdiensten op de bejaarde zieke ouders van de huidige directeur van het Koerdische Instituut in Brussel.
Niet de persoon van Yüksel of de Turkse gemeenschap in België val ik aan, maar wel de wijze waarop de ogen gesloten worden voor de wrede schending van de mensenrechten in Turkije. Het Turkse regime onderdrukt sinds 1924 tot op heden het Koerdische volk. Er waren en er zijn: intimidaties, deportaties, wederrechtelijke gevangennemingen en terechtstellingen, folteringen, genocide, linguïcide en onomatocide.
Wij moeten niet erg fier zijn op de wijze waarop in het Westen, in ons land en ook in onze partij bijvoorbeeld werd omgesprongen met de moordpartijen door Pinochet, Pol Pot en Soeharto, onder het mom van "het niet moeien met binnenlandse aangelegenheden".
Het is ondenkbaar dat Yüksel, bijvoorbeeld in verband met de toetreding van Turkije tot de EU, geen blijk zal geven van enige Turkse sympathie. Maar van mij mag U aannemen dat ik, zolang de onderdrukking in Turkije de facto voortduurt, niet zal buigen voor politieke sofismen en spitstechnologie en voor diplomatieke leugens.
Dank voor de aandacht die U aan deze opmerkingen wil besteden.
Vriendelijke groeten,
Geel, 7 februari 2009
Hugo Van Rompaey
Ereburgemeester