‘Stemmen uit de oorlog’ is het nieuwste boek van Rudi Vranckx. Een uniek relaas, want het vertelt het verhaal van de Irakoorlog door de ogen van de Irakezen. Het zijn de stemmen van mensen met wie Vranckx de oorlog heeft beleefd. Vijf jaar Irak in een notedop. Eerst voor een volle zaal tijdens het Andere Boek, daarna nog eens dunnetjes over voor Indymedia.
Hier in het Zuiderpershuis vernam u het nieuws dat Yassim uw mederwerker én vriend vermoord was in Bagdad. Was dat de aanleiding om ‘Stemmen uit de oorlog’ te schrijven?
VRANCKX: "Het was inderdaad hier. Ik herinner het mij nog goed. Het was een donkere, druilerige avond die ik verdoofd heb doorgebracht. Ik kon het moeilijk geloven. Het eerste wat ik dacht was: wat moet ik nu doen? Wie is er nog in gevaar? Eerder praktisch. Nadat de eerste maanden voorbij waren, begon ik te beseffen dat iedereen die ik gekend had in Irak ofwel dood was, ofwel gevlucht, of ondergedoken leefde. Op een paar mensen na, die tegen beter weten in toch gebleven waren. Toen dacht ik: hier moet ik iets mee doen. Daarna heb ik nog een jaar gepiekerd over hoe ik dat kon brengen. Moest ik iets maken dat ‘De wetten van de oorlog’ heet, over de waanzin en de principes van oorlog? Maar uiteindelijk dacht ik: neen, ik ga gewoon door hún bril bekeken hún verhaal vertellen."
Daar bent u trouwens in geslaagd. De ‘Stemmen uit de oorlog’ spreken voor zich.
VRANCKX: "Maar het is meer dan hun verhaal dat ik vertel. Ik heb ook aan ieder van hen gevraagd om hun levensverhaal in korte briefvorm weer te geven. Ik heb sms-berichten gebruikt. Ik heb met de zoon van Jassim afgesproken in Koerdistan en hem ook gevraagd om het verhaal van zijn vader te schrijven. Al die dingen heb ik erin willen steken."
Ibrahim, die andere medewerker aan wie u uw leven toevertrouwde kwam ook in gevaar. U bracht hem, zijn vrouw Raya en hun kinderen naar hier om aan de bedreigingen te ontsnappen. Hoe stellen ze het inmiddels in België?
VRANCKX: "Wel eigenlijk zeer wel, alles in acht genomen. Ibrahim heeft zeer snel werk gevonden als suppoost in het museum van Ter Vuren, wat op zich geweldig is. Iedereen leert Nederlands. Vooral de zoon is perfect geïntegreerd. Die voetbalt graag en speelt in de plaatselijke voetbalploeg. Hij kijkt naar de Champions Legue en supportert voor Anderlecht, waar ik het helemaar niet mee eens ben. (lacht) Maar goed. Ook de jongste dochter past zich perfect aan. Het is wonderbaarlijk hoe snel dat gaat."
Een positief verhaal dus.
VRANCKX: "Ja, maar het blijft natuurlijk moeilijk. De oudste dochter is achttien. Zij wil naar de universiteit gaan. Maar dat is niet eenvoudig in een vreemde taal. Stel je voor dat jij in de Arabische wereld gedropt wordt en daar zou gaan studeren. Voor haar zal de inspanning zwaarder zijn en de weg moeilijker."
Welke prijs heeft u zelf betaald om deze oorlog te verslaan?
VRANCKX: "Eerst dacht ik dat ik eelt op mijn ziel zou krijgen, dat ik cynisch zou worden. Maar integendeel. Door de manier waarop wij werkten heb ik veel mensen persoonlijk leren kennen. Het is de oorlog waar ik het dichtst bij betrokken ben geraakt. De afgelopen vijf jaar heb ik meer dan acht maanden in Irak doorgebracht. Enerzijds wil ik de realiteit met mijn verstand beschrijven, want je verstand mag je niet uitschakelen. Je moet analyse brengen. En tegelijkertijd wil je er met je hart bij zijn."
U legt ook de vinger op de wonde. Om maar één uitspraak te citeren: "Het is een schrale troost, maar zeker gaat Bush de geschiedenis in als de allerslechtste president ooit." en u vraagt zich af of Bush dom, arrogant of gewoon onbekwaam is. In welke richting neigt uw antwoord?
VRANCKX: (Lacht) "Ik vrees dat het een beetje een mengeling van dat alles is; en wat nog het ergste is: ik denk dat hij het allemaal meent. En dat is gevaarlijk. Maar ook aan de andere zijde denken ze dat ze het absolute gelijk en de juiste waarden hebben."
Aan die andere kant worden ze als oorlogsmisdadigers beschouwd die voor internationale gerechtshoven of tribunalen moeten verschijnen. Moet hetzelfde ook kunnen voor Bush en zijn entourage?
VRANCKX: "Wel ik kan dromen zoveel ik wil over het internationaal recht, maar het internationaal recht is nu eenmaal niet zo machtig. In een ideale wereld, zou iedereen die een oorlog begint gelijk moeten kunnen beoordeeld worden. Maar ik weet ook dat dat niet de realiteit is. Ik ben ben niet naïef."
Binnenkort krijgen de VS een nieuwe president. Zal het Amerikaans defensiebeleid hierdoor wijzigen?
VRANCKX: "Dat denk ik wel. Ik vermoed van McCain dat hij -op het feit na dat hij tegen martelen is uit persoonlijke ervaringen- zijn militairen zal steunen, wat eigenlijk logisch is. Obama zal allicht een heel andere koers volgen, die minder unilateraal is en meer een consensus met ondermeer Europa nastreeft. Dat is alleszins iets waar ik mij beter bij vind."
Daarnet zei u nog dat de VS misschien wel de brokken in Irak hebben veroorzaakt, maar dat Europa zijn kop niet in het zand mag steken. We moeten Irak steunen. Maar hoe?
VRANCKX: "Dat is wat de Irakezen mij zeggen, hè. Vele Irakezen vinden dat Europa niet afzijdig mag blijven. Dat gaat zeker niet over troepen sturen, maar wel over politie helpen opleiden of instrumenten leveren om een degelijk gerechtelijk apparaat te installeren. Dat is vaak een probleem in landen met veel corruptie en weinig transparantie. Als Europa met natievorming kan meehelpen, is dat al veel. Daarnaast is er een groot vluchtelingenprobleem in Irak waar Europa een rol in kan spelen."
U sprak van vier miljoen interne en externe vluchtelingen.
VRANCKX: "Beeld je dat eens in. Dat is vijftien procent van de bevolking. Dat is immens. Je hoeft dus niet perse tanks te sturen om actief mee te werken."
De nieuwe president van de VS heeft alvast geen dankbare taak.
VRANCKX: "Absoluut niet. Die moet niet alleen een immense joekel van een internationale crisis aanpakken, hij moet ook nog zeven jaar oorlog betalen. Begin er maar aan. En dan moet hij
nog eens proberen om op een propere manier uit uit die oorlog te komen. We kunnen alleen maar hopen dat de nieuwe president niet unilateraal denkt en dat hij de grote lobbygroepen niet volgt zoals in 2003 met Big business, big media, big military."
In uw eerste boek, ‘Van het front geen nieuws’, liet u zich zeer kritisch uit over Amerikaanse en Britse journalisten die embedded met de militairen meegaan naar oorlogsgebieden. Maar tegenwoordig is Irak zo gevaarlijk dat u het soms ook doet. Komt onafhankelijke berichtgeving niet in het gedrang wanneer steeds meer journalisten met het leger op stap gaan?
VRANCKX: "Ik vind wel dat embedded een deel is van de puzzel. Je doet het, maar je doet ook andere dingen. Je moet alle stukken van die puzzel proberen te leggen. En met de soldaten meegaan én op eigen houtje gaan."
Maar voor veel media is het een goedkope manier om met spectaculaire beelden terug te komen van de oorlog.
VRANCKX: "Als je het alleen maar doet omdat het goedkoop is, ben ik het er niet mee eens. Ik vind dat je beide moet doen. Maar dat heeft een prijs. Het is duur voor de VRT om mij onafhankelijk naar Kandahar of naar Bagdad te sturen. Maar ik apprecieer het dat ik die mogelijkheid krijg. En ik kan er alleen maar voor blijven pleiten dat zoveel mogelijk journalisten dat doen."
Zonet tijdens het debat zei u: "Oorlog heeft niets te maken met rechtvaardigheid, maar alles met macht." Is die uitspraak ook van toepassing op de nieuwe missie van minister De Crem?
VRANCKX: (Lacht) "Neen, dat denk ik niet. Minister De Crem heeft geen oorlog verklaard en hij heeft ook geen oorlog ontketend. De Belgische missie in Afghanistan is een inschakeling in een internationale operatie binnen de NAVO. Maar dat was onder zijn voorganger ook al zo. Alleen heeft De Crem dat anders ingevuld. Had hij die F-16’s mogen sturen of niet vind ik eigenlijke een flouwekuldiscussie. We zijn deel van een ISAF-operatie en in dat kader kan je De Crem niks verwijten, vind ik. Dus die uitspraak heeft helemaal niks met hem te maken. Je moet de missie binnen de NAVO in zijn totaliteit durven te beoordelen. Is het een efficiënte manier om de Taliban en het extremisme te bestrijden? En kan de oorlog zo gewonnen worden? Dat is het debat dat moet gevoerd worden."
Onlangs zijn twee Belgische militairen in Afghanistan gewond geraakt bij een raketaanval. Gaan we het ook weten als er slachtoffers vallen in het andere kamp?
VRANCKX: "Dat is een probleem dat mij bekommert. Ik vrees dat we dat niet gaan weten. Dat weten we eigenlijk in geen enkele oorlog. Tot wanneer onafhankelijke media van ter plaatse ergens op komt en een onderzoek start. Zo gaat dat."
Een buitenlandse oorlogsjournalist op het terrein komt dus niet aan die informatie?
VRANCKX: "Neen, je bent zelden op het moment in een dorp dat gebombardeerd wordt. Laatst zijn we in Kandahar met een plaatselijke journalist meegegaan naar een plek waar Amerikaanse soldaten zijn binnengevallen en iemand hebben doodschoten. Ik als Belg kan meegaan om dat verhaal te vertellen. Maar die lokale journalist is altijd ter plaatse natuurlijk. De onafhankelijke plaatselijke journalistiek is van groot belang bij het uitspitten en naar buiten brengen van dit soort verhalen. En dan doet het er in wezen niet toe of het Belgen zijn die de bommen hebben gegooid, of Nederlanders of Italianen. Wat ik wel belangrijk vind is dat de collateral damage -wat een lelijk woord is- onderzocht wordt en wie er verantwoordelijk voor is. Want je moet ermee rekening houden dat met elke bom die verkeerd valt, en met elke mens die per abuis gedood wordt, je een steeds grotere reactie van de bevolking krijgt. En bijgevolg verlies je de oorlog steeds meer."
Irak omschrijft u als ‘de oorlog die als leugen begon en zich daarna voortsleepte van blunder tot blunder’. Hoe zou u de oorlog in Afghanistan samenvatten?
VRANCKX: "Over Irak heb ik lang nagedacht en ik heb er ook een boek over geschreven. Maar voor Afghanistan kan ik het niet zomaar voor de vuist zeggen. Afghanistan is in de eerste plaats al niet als een leugen begonnen. Maar blunders zijn er ongetwijfeld geweest. Een cruciale fout die men gemaakt heeft, is dat men Afghanistan al na een jaar uit het vizier gelaten heeft om naar Irak te gaan. Men heeft de oorlog en de heropbouw van Afghanistan goedkoop willen doen. Ik denk dat de mogelijkheid bestond om dat land een kans te geven. Maar men heeft het met te weinig geld, met te weinig soldaten en met te weinig middelen willen doen en zo heeft men het momentum verloren toen het het misschien wél nog kon. En nu zit men in een neerwaartse spiraal. En het kost altijd meer moeite om dingen nadien recht te trekken dan ze op het juiste moment goed te doen."
En tenslotte: kan Irak of Afghanistan gewonnen worden?
VRANCKX: "Maar wanneer is een oorlog gewonnen? Wanneer een van beide partijen definitief verslagen is? Het westen kan niet verslagen worden, want we zijn te machtig. En op deze manier kan de Taliban moeilijk verslagen worden. En in Irak zie ik in dat opzicht hetzelfde."
http://www.indymedia.be/nl/node/29796