Verklaring van de deelnemers aan de Conferentie

“Welke toekomst voor de Koerdische regio’s in Syrië?”

Vrijdag 22 november 2013 – Belgische Senaat

1. Deze Conferentie verwelkomt de democratische inspanningen en vorderingen van de
Koerden en de andere bevolkingsgroepen in Rojava in Noord-Syrië.

Deze Conferentie vraagt de Belgische autoriteiten om in dialoog te treden met de Hoge
Koerdische Raad over haar streven naar een democratisch, nieuw Syrië, waarin de rechten
van alle verschillende bevolkingsgroepen verzekerd worden. 
 
2. Deze Conferentie vraagt de internationale gemeenschap om de Hoge Koerdische Raad te
erkennen als diplomatieke vertegenwoordiger van de Koerdische bevolking in Syrië.

Vanuit de overtuiging dat enkel politieke onderhandelingen, en niet een militaire
overwinning, een blijvende oplossing kunnen bieden voor het Syrische conflict vraagt deze
Conferentie de internationale gemeenschap om de Hoge Koerdische Raad uit te nodigen om
deel te nemen aan de vredesonderhandelingen Genève 2.
 
3. Deze Conferentie vraagt de Belgische autoriteiten (zowel de regionale als de nationale) om
politieke druk uit te oefenen op de buurlanden van Syrië om de grenzen niet langer gesloten
te houden voor noodhulp naar de Koerdische regio’s. De Koerdische regio’s zijn afgesneden
van de buitenwereld en met de winter voor de deur hebben ze dringend nood aan
voedselhulp en medische hulp. Deze hulpgoederen tegenhouden aan de grens is
onmenselijk!

Als er iets is wat de Belgische politici kunnen doen om de noodlijdende Koerdische bevolking
te helpen, dan is het minimaal ervoor te helpen zorgen dat de Syrische buurlanden hun
grenzen niet langer gesloten houden voor noodhulp.

Als er iets is wat de Belgische bevolking kan doen dan is het financiële steun verlenen aan de
Koerdische Rode Halve Maan, Heyva Sor, die zich inzet voor hulpverlening ter plaatse. Deze
hulp is immers broodnodig!
 

4. Deze Conferentie veroordeelt de aanvallen op Rojava, de Koerdische regio’s in het noorden
van Syrië, door zowel het regime van president Assad als aan Al-Qaeda-gelieerde milities,
zoals Jabhat Al-Nusra en de Islamitische Staat van Irak en al-Sham (ISIS). Deze Conferentie
veroordeelt ten strengste de talloze mensenrechtenschendingen die deze milities begaan en
de grote stromen vluchtelingen die ze veroorzaken.

Deze Conferentie roept de politieke wereld op om dergelijke wreedaardige,
ondemocratische en terroristische milities niet langer financieel, logistiek, politiek of militair
te ondersteunen. En om politieke druk uit te oefenen op die staten die dat wel nog steeds
doen.
 
5. Deze Conferentie handelt vanuit de overtuiging dat het aan de Syrische bevolking zelf is om
te beslissen over de toekomst van hun land en niet aan de verschillende buitenlandse
actoren, die zich vanuit verschillende eigen belangen mengen in de Syrische burgeroorlog.

Deze Conferentie pleit niet voor een militaire interventie, noch wil deze Conferentie dat er
nog meer wapens geleverd worden aan één van de strijdende partijen.

Wat de internationale gemeenschap wel kan, en vanuit humanitair oogpunt moet doen is het
vredesproces faciliteren door ruimte te scheppen voor politieke onderhandelingen, door een
staakt-het-vuren af te dwingen van al de strijdende partijen en door op te treden als
bemiddelaar tussen alle partijen.

Wat de internationale gemeenschap wel kan, en vanuit humanitair oogpunt moet doen is
hulp verlenen aan de talloze slachtoffers van het oorlogsgeweld.

En wat de internationale gemeenschap wel kan, en vanuit humanitair oogpunt moet doen is
democratische en vredelievende initiatieven vanuit de Syrische bevolking ondersteunen.
 

 

F
E
E
D

B
A
C
K