Interview met Koerdische filmmaker Reber Dosky over Kobanê

reber

In december 2014 trok de Koerdische filmmaker Reber Dosky voor de eerste keer naar de Koerdische stad Kobanê in Syrië. De oorlog tegen IS was toen in volle gang. Reber Dosky voegde zich bij de vrouwelijke rebellen van YPJ aan het front. Een interview met een bevlogen regisseur.

Reber Dosky is een Koerdische filmmaker uit Nederland die in 2013 afstudeerde aan de Amsterdamse Filmacademie met De Lokroep: een documentaire over de gevolgen van de Turkse ontvolkingspolitiek in de jaren negentig voor een Koerdische vader en zijn zoon.[1] Nu heeft hij zijn hart verpand aan Kobanê.

Wat dreef je naar Kobanê?

Ik was, net zoals alle Koerden, verdrietig vanwege de situatie. Ik wou graag iets doen, via internet volgde ik de hele dag via de gebeurtenissen. Toen Erdoğan aan de grens van Syrië zei: “Kobanê valt vandaag of morgen”, had ik tranen in mijn ogen. En ik zag aan de Koerdische kant een strijd opbloeien die ongekend was. Vooral de vrouwen die hun stad verdedigden, maakten diepe indruk op mij. Ik wou als Koerdische filmmaker die toegang had tot de stad, het verhaal van deze mensen met de rest van de wereld delen.

Wat trof je daar aan?

We kwamen ‘s nachts de stad Kobanê binnen. Ik hoorde alleen maar oorlogsgeluiden. Ik vond het heel beangstigend, je ziet niemand, er is geen elektriciteit. De volgende ochtend vroeg ben ik met de rebellen de stad in gegaan. Een stad was een puinhoop. Nauwelijks bewoonbare huizen, straten vol pijn. Overal lagen lijken waar katten en honden zich tegoed aan deden. Ik vond de moraal van de Koerdische strijders opvallend. Elke strijder die ik tegenkwam, in de stad en aan het front, kwam heel sterk op mij over. Mannen en vrouwen die gewond waren, maar geen tijd in een ziekenhuis wilden verdoen en meteen weer door gingen met de strijd. Dat heeft enorm veel indruk op mij gemaakt.

Hoe ging het de burgerbevolking?

Kobanê was een stad met 200.000 inwoners, met de dorpen erbij hebben we het over 400,000 mensen. De dorpen zijn in een heel snel tempo leeg geveegd en ook de meeste inwoners van de stad vluchtten de grens over naar Turkije. Maar er was een kleine groep van ongeveer tweeduizend mensen die niet weg wilden en koste wat kost in Kobanê wilden blijven. Dat waren de meest ‘taaie’ mensen. Ze waren trots op hun strijders en wilden met hun verblijf de strijders morele steun geven. De Islamitische Staat (IS) viel deze mensen constant aan met rakketten. De eerste dag viel er een raket op tweehonderd meter afstand van waar ik was. Drie burgers werden daarbij gedood, een van hen was een kind van veertien jaar.

Wat kreeg je mee van de bombardementen op de stad?

De stad werd in december constant gebombardeerd door de F16’s van de coalitie. In de avonden voelde het alsof ik op zee was, het hele huis was in beweging. Pas de volgende dag zie je de effecten van de bombardementen. Waar een gebouw stond, was nu alleen nog een grote hoop puin. Overal waar de IS-leden waren, werd gebombardeerd. Er liggen nog steeds lijken onder het puin. IS had veel modernere wapens dan de Koerden, veelal gestolen van het Iraakse leger bij de inname van Mosul. Met die wapens zijn ze naar Kobanê gegaan. De Koerden kunnen goed vechten, maar door hun minder geavanceerde wapens werd het een ongelijkwaardige strijd. De coalitie heeft zeker goed werk gedaan voor de Koerden, maar ik vind wel dat die hulp veel te laat is gekomen. De Koerden hebben zich de eerste 57 dagen alleen moeten verdedigen tegen het meest barbaarse leger ter wereld.

We kennen de beelden van de vechtende vrouwelijke rebellen. Wat voor indruk maakten zij op jou?

Die vrouwen stralen kracht uit. Voor mij staan ze symbool voor de revolutionaire kracht van Kobanê. Vrouwen zijn misschien in het algemeen wat zachter, maar zodra ze aan het front waren, werden ze allemaal een leeuwin. Ze zijn ook ontzettend goed georganiseerd. De vrouwelijke rebellen van YPJ zien in IS een exponent van de mannencultuur die al 750 jaar het Midden-Oosten beheerst. Ze verlangen naar de vrijheid, naar een nieuw Midden-Oosten.

Wat is hun agenda?

De vrouwelijke rebellen willen een Midden-Oosten waarin mannen en vrouwen gelijkwaardig zijn en waarin alle verschillende etnische en culturele groepen in harmonie samen kunnen leven. Ze hebben Rojava in drie kantons verdeeld: Cîzîrê, Afrîn en Kobanê. In de rolverdeling in de kantons wordt rekening gehouden met alle bevolkingsgroepen. Zo wonen in het kanton Cîzîrê Koerden, christenen en Arabieren die allemaal vertegenwoordigd worden in de bestuurlijke commissies. De vrouwen willen, kortom, een einde maken aan het dictatoriale systeem van Syrië en de rest van het Midden-Oosten. Ook in Turkije willen ze deze invloed hebben.

Welke mensen maakten een bijzondere indruk op je?

Ik heb ginder met Meryem Kobani opgetrokken. Zij is de commandante van alle Koerdische strijders daar. Ze heeft enorm veel indruk op mij gemaakt. Het is iemand die erg beheerst is, die een natuurlijk leiderschap uitdraagt, kracht uitstraalt. Kan je het je voorstellen? Een bijna verloren stad, waar iedereen weg wil en dan is er een vrouw die mensen weet te stimuleren om te blijven. Ze heeft vanaf het begin het vertrouwen uitgedragen dat de Koerden zouden winnen, al hebben oorlogen eigenlijk nooit winnaars. Ze hebben hun stad weer terugveroverd op IS.

En dan is er Tekosin, achttien jaar oud. Ik ontmoette haar toen ik de tweede dag met Meryem aan het front was. Tekosin was mijn bodyguard. We gingen van het ene front naar het andere. We werden onder vuur genomen. Meryem en de andere vrouwen probeerden ons te beschermen, ze schoten terug. Ik rende zo snel ik kon achter een muur, direct achter mij rende Tekosin. Zij werd geraakt in haar pols. Ik zag het maar ze wilde het verbergen. Ze zei dat het niks was. Ik zei tegen Meryem dat Tekosin gewond was. Meryem heeft gekeken en zag het kogelgat. Ze heeft haar ter plekke behandeld en later is ze naar het ziekenhuis gegaan. Tekosin staat voor mij symbool voor de kameraadschap.

En dan was er nog Viyan Peyman natuurlijk! Ze was een zangeres en een vechter. Ik heb haar via Meryem leren kennen. Ze kon prachtig zingen, ze was de stem van de Koerden en zong klaagliederen. Toen ik haar ontmoette, was ze licht gewond aan haar been. Ze had even rust nodig, maar kon zich daar niet aan overgeven. We hebben in de hersteltijd een videoclip gemaakt.[2] Viyan was verliefd op het leven, ze had dromen zoals alle andere vrouwen die daar aan het vechten zijn. Ze kon op podia leven en geld verdienen, maar ze gebruikte haar talent voor haar volk. Nadat Kobanê was bevrijd, is ze naar Serêkanîyê gegaan om tegen IS te vechten. Op 6 april 2015 is ze een martelaar geworden. Een prachtig mens, gedreven en strijdlustig.

Je bent inmiddels een aantal keren terug geweest in Kobanê. Welke ontwikkelingen zie je?

Er zijn op dit moment ongeveer 100.000 vluchtelingen teruggekomen naar Kobanê. De meeste dorpen zijn weer bewoonbaar. De stad ligt nog in puin, maar de wegen zijn schoongemaakt en de meeste lijken zijn opgeruimd. Het is wel erg dat er nog veel bommen in de straten van Kobanê liggen. Er moet nog veel gebeuren, maar er is weer leven in Kobanê. De kapper is weer begonnen met zijn werk, er is een falafeltent die dagelijks open is. Er zijn op dit moment drie basisscholen die weer open zijn. De mensen uit Kobanê willen niet blijven hangen in wat er gebeurd is, ze willen hun leven oppakken en verdergaan.

Wat heeft Kobanê nu nodig?

Kobanê heeft heel veel nodig. De hele stad moet opnieuw gebouwd worden. Er is niks meer. Denk aan ziekenhuizen, water, elektriciteit, scholen, winkels, buurthuizen, traumacentra, … En geld voor voedsel, er zal voor lange tijd voedselhulp nodig zijn. De economie van de provincie Kobanê was gebaseerd op de landbouw. Dit jaar hebben de boeren niks kunnen verbouwen, dat heeft een groot effect op hun inkomen. Hun schapen en koeien zijn door IS gedood of meegenomen. Op alle gebieden moet er heel veel gebeuren. Dat kunnen ze absoluut niet alleen en ze hebben heel veel, maar ook snel hulp nodig. Ik hoop dat de internationale gemeenschap niet langer haar ogen sluit en in actie komt. Er moeten snel hulporganisaties naar Kobanê gaan om met eigen ogen te zien wat er nodig is. Ik merk dat er bij de hulporganisaties veel terughoudend bestaat om naar Kobanê te gaan. Maar het is veilig nu en de Koerden bieden bescherming. Ik vind het onbegrijpelijk dat het allemaal zolang duurt in Kobanê terwijl er elders voor Syrische vluchtelingen wel veel hulp beschikbaar is.

Welke rol speelt Kobanê in de brede Koerdische beweging in jouw visie?

Kobanê heeft voor de Koerden het onmogelijke mogelijk gemaakt. De onderlinge samenwerking tussen verschillende groepen Koerden was vaak moeizaam. “Twee Koerden, drie meningen,” wordt vaak gezegd. Maar Kobanê heeft de Koerden bij elkaar gebracht. Door Kobanê, en ook al in Shengal, is het voor de Koerdische partijen duidelijk geworden hoeveel sterker ze staan als ze samenwerken. Deze samenwerking moeten ze doorzetten. In Kobanê hebben de Koerden laten zien dat ze hun leven willen geven om democratie te bereiken. Ze hebben genoeg van alle dictators. De ene is nog erger dan andere. De Koerden in Rojava hebben nu goud in handen. Dat geeft licht in de duisternis. Hopelijk wordt dit ook op andere plaatsen waar Koerden onderdrukt worden overgenomen.

Wat voor een film ga je maken over Kobanê?

Ik maak een lange documentaire. Ik ben nu drie keer geweest en zal zeker nog een paar keer teruggaan. De film gaat over de wederopbouw van Kobanê, ik wil met deze film laten zien wat de gevolgen zijn van een oorlog en hoe de mensen weer de draad oppakken en verder willen. Ik wil het proces volgen, misschien tot het eerste huis weer herbouwd is. Ik wil de kijkers meenemen naar de nieuwe wereld van een volk dat niemand kwaad wil doen, maar dat wel het slachtoffer is van het geweld dat door anderen wordt gepleegd.

 

[1] De Lokroep: http://www.npo.nl/filmlab-lokroep/POMS_S_NTR_441641

[2] Videoclip Viyan Peyman: https://www.youtube.com/watch?v=Ms9TesGEg0A

 

Dit interview verscheen oorspronkelijk in het tijdschrift De Koerden, nr.83, mei-juni 2015, pp.8-10.

Een jaarabonnement kost 25 euro. Buitenlandse abonnees betalen momenteel slechts 35 euro (Europa) of 45 euro (buiten Europa) per jaar. Een kostendekkend steunabonnement kost 60 euro/jaar of 5 euro/maand. Daarbij krijgt u nu een GRATIS exemplaar cadeau van één van de uitgaven van het Koerdisch Instituut.

U kunt u abonneren door een mail te sturen naar [email protected] of door te storten op IBAN: BE35 8538 5112 7037 – BIC: SPAABE22 met vermelding “abo De Koerden”.

 

 

 

 

 

F
E
E
D

B
A
C
K