Koerdisch onafhankelijkheidsreferendum zorgt voor instabiliteit in Midden-Oosten

‘Reactie Turkije, Iran en Verenigde Staten is hypocriet’, aldus Derwich Ferho

Dit artikel door Michiel Suls werd gepubliceerd op 21BiS op 5 oktober 2017.

De hoofdstad Erbil geldt als Koerdisch politiek en cultureel centrum van Irak. foto: Levi Clancy (CC BY-SA 4.0)

Tijdens het onafhankelijkheidsreferendum in Iraaks-Koerdistan vorige week woensdag bracht ongeveer 80% van de stemgerechtigden zijn stem uit. Met een overweldigende meerderheid van net geen 93%, gaf de bevolking een duidelijke ‘ja’ als antwoord op de onafhankelijkheidsvraag. 

De Kurdistan Regional Government (KRG) brengt daarmee een duidelijke boodschap naar voren: de roep om een onafhankelijk Koerdistan weerklinkt luider dan ooit. De internationale reacties zijn minder positief. Waarnemers vrezen voor instabiliteit in de regio. De ambtstermijn van president Masoud Barzani verliep eigenlijk al in 2015. Hij weigerde echter op te stappen. Veel waarnemers zien de organisatie van het referendum dan ook als een poging om zijn eigen machtspositie te versterken.

Professor Marlies Casier van het Department of Conflict and Development Studies van de Universiteit Gent heeft al heel wat publicaties over de Koerdische kwestie op haar naam staan. Ook zij ziet het zo: ‘de geopolitieke kwestie speelt zeker mee, maar er zijn ook belangrijke interne politieke redenen om het referendum net nu te organiseren. Het helpt Barzani en zijn partij om hun positie te versterken en de rangen te sluiten. Hij brengt de boodschap: “wij zijn één volk, we moeten allemaal voor hetzelfde gaan.” Zo werpt hij zichzelf op als een soort van sterke man voor Koerdistan, die de belofte van onafhankelijkheid zal inlossen.’

Özhan Zurel is een econoom van Koerdische origine. Volgens hem mag het helemaal niet verwonderen dat er zo’n grote meerderheid voor onafhankelijkheid is. ‘Het streven naar een Koerdische staat bestaat eigenlijk al langer dan de Iraakse staat zelf. Het is een echte volksbeweging geworden die al heel lang van generatie op generatie wordt doorgegeven.’

Ook de Koerdische bevolkingsgroepen in de omringende landen reageerden uitgelaten. Zo was er sprake van duizenden uitgelaten feestvierders in de Koerdische steden van Iran, een land waar de repressie tegenover politieke organisatie nochtans groot is.

‘Bagdad luistert niet’

Derwich Ferho is voorzitter en medeoprichter van het Koerdisch Instituut te Brussel, een non-profitorganisatie die zich onder meer inzet voor de Koerdische zaak. Hij ziet de onenigheden tussen de KRG en de centrale regering in Irak als de belangrijkste reden voor het onafhankelijkheidsreferendum.

‘Bagdad doet steeds zijn zin en houdt geen rekening met de noden van de Koerden. Sinds jaren hebben zij wel wat vragen en onenigheden en de centrale regering luistert niet naar hen. Zo blokkeert Bagdad al jaren de olie-inkomsten. In het Iraakse parlement zijn de Koerden sterk in de minderheid en ook het parlement van de KRG wordt niet gehoord. Er resteerde hen dus niet veel andere mogelijkheden meer.’

Precedent

De internationale reacties op het referendum waren heel wat minder enthousiast. Grootmachten als de VS en Rusland lieten weten dat ze het referendum niet als legitiem beschouwen.

De omringende landen Iran, Syrië en Turkije reageerden heel wat feller. Zij vrezen dan ook dat de stemming door de eigen Koerdische bevolking als een precedent voor een onafhankelijkheidsreferendum zou kunnen worden aangehaald. Zo kondigde president Erdogan van Turkije al aan om de grenzen te sluiten en de onderlinge handel stil te leggen. Volgens Özhan Zurel is het echter nog niet zo ver gekomen. ‘De handelsbelangen zijn te groot’, klinkt het.

Iran en de Iraakse centrale regering reageerden nog veel harder. ‘Irak staat op dit moment sterk onder invloed van Iran, omdat er in Bagdad een Sjiitische regering zit. Zowel Iran als Irak sloten de grens wel.’ Bovendien stuurde de centrale regering in Bagdad onmiddellijk troepen naar de grens met de KRG. Ook Turkse troepen voerden samen met het Iraakse leger oefeningen uit in het grensgebied.

Internationale belangen

Derwich Ferho noemt de houding van de regionale en internationale betrokkenen zeer dubbelzinnig en zelfs hypocriet. ‘Langs de ene kant werken zij al jaren zonder problemen samen met de KRG, maar aan de andere kant spelen duidelijk hun eigen staatsbelangen en die van de grootmachten.’

Daarentegen kan Ludo De Brabander, medewerker van Vrede vzw, de reactie van de internationale grootmachten in een bepaald opzicht wel begrijpen.

‘Veel landen in de wereld zitten met regio’s die een zekere mate van onafhankelijkheid nastreven. Ook zij vrezen dat het referendum als precedent zou worden aangehaald in eigen land. Er leeft een soort algemeen gevoel dat de grenzen van landen zijn getekend en dat daar niet zomaar aan mag gemorreld worden. De enige manier waarop dat kan gebeuren is in wederzijdse verstandhouding, door een politieke onderhandeling.’

De Koerdische gebieden omslaan vier bestaande staten.

Stabiliteit

Professor Casier had geen andere reactie verwacht. ‘De omringende staten denken natuurlijk aan hun eigenbelang en ze willen de stabiliteit in de regio gegarandeerd zien. De verregaande autonomie van Iraaks-Koerdistan vanaf de jaren ’90 was eigenlijk al een precedent dat veel kwaad bloed zette bij de buren. Dat creëerde toen ook heel wat moeilijkheden in hun relaties met de VS.’

‘In Turkije is de repressie ondertussen wel verhard, vooral na de gepoogde staatsgreep. De Koerden weten zich in het noorden van Syrië ook redelijk goed te organiseren. Ze besturen daar een stuk land dat ze Rojava noemen. De machthebbers daar zijn gelieerd aan de PKK, de belangrijkste gewapende oppositie van de Koerden in Turkije. De Turken willen natuurlijk niet dat de Koerden zich over de grens met Syrië zouden gaan organiseren en op die manier misschien terug wat meer actief in conflict zouden gaan met het Turkse leger.’

Volgens Derwich Ferho is 95% van de Koerden niet noodzakelijk voorstander van een onafhankelijk Koerdistan, maar willen ze vooral zichzelf kunnen besturen. ‘Ze willen gewoonweg kunnen beslissen hoe ze bijvoorbeeld hun eigen cultuur en onderwijs kunnen beleven. Dat betekent daarentegen niet dat je daar grenzen voor nodig hebt, maar wel een zekere mate van autonomie. De Iraakse Koerden hebben bovendien altijd een Iraakse staat gesteund, zij wilden gerust nog deel uitmaken van een Groot-Irak. Als de centrale regering toch blijft tegenwerken, dan hebben de Koerden geen andere keuze dan simpelweg hun eigen weg te gaan.’

Instabiliteit

Ook Ludo De Brabander wijst erop dat de scherpere aanpak door onder meer Turkije al een zekere mate van instabiliteit creëert. ‘De vraag is of ze zo ver willen gaan om ook militair op te treden. Dat is moeilijk te zeggen, want iemand als Erdogan zou daar eventueel wel toe in staat kunnen zijn. Zo is er al een Turks bataljon gevestigd in Noord-Irak. De Turkse regering beschouwt dit eigenlijk als haar achtertuin.’

‘Anderzijds weten we ook nog niet hoe ver de Koerden willen gaan in hun onafhankelijkheidsdrang. De dominante groepen daar zijn allemaal PKK-gebonden. Zij hebben echter afstand genomen van een natiestaat, officieel althans. Dat komt doordat ze de libertaire filosofie hebben omarmd. Nu streven ze vooral naar een gedecentraliseerd bestuur, waarbij er veel autonomie is voor de regio’s. In dat opzicht denk ik dat op dit ogenblik de vrees van de omringende landen een beetje onterecht is.’

Rojava

De gedeeltelijke autonomie van de Koerden in Irak dateert van de invasie door de Verenigde Staten in 2003. Saddam werd verdreven en de VS installeerden een no-flyzone boven de Koerdische regio. Özhan Zurel zegt dat ze vanaf dat moment een eigen staatsapparaat hebben uitgebouwd.

‘De facto zijn ze dus eigenlijk al onafhankelijk. Ze hebben een eigen parlement en een eigen leger: de peshmerga. Het Koerdische streven naar onafhankelijkheid kende een stroomversnelling bij de opdeling van het Ottomaanse Rijk na de Eerste Wereldoorlog. Internationale verdragen voorzagen voor iedere etnische of religieuze groep een eigen land. Oorspronkelijk was dat ook voor de Koerden zo, maar helaas is dat er uiteindelijk niet doorgekomen.’

‘Als je het vanuit het standpunt van de Koerden bekijkt, is het noodzakelijk voor de stabiliteit. Toen Islamitische Staat Rojava aanviel, hebben de peshmerga een soort van buffer gevormd, waardoor IS nooit echt tot in de Koerdische gebieden is kunnen doordringen. Bovendien hebben ze veel binnenlandse vluchtelingen opgevangen. Daaronder waren ook Iraakse soldaten, die vanuit steden als Mosul voor IS op de vlucht sloegen.’

Ook in buurland Syrië zijn er dingen in beweging. Op de Arabische lente en de opstand tegen het regime van Bashar al-Assad volgde al snel de komst van IS. De omsingeling van Kobanî was het moment dat de toenadering tussen de Syrische en de Iraakse Koerden pas echt begon. ‘Sindsdien is er een synergie ontstaat tussen de Koerden in Turkije, Iran, Syrië en Irak. Daarmee dat ook Erdogan vanaf toen het geweer volledig van schouder heeft veranderd en dat er bij hem een zekere nervositeit begon op te komen.’

Nationalisme versus emancipatie

‘Masoud Barzani is een conservatieve en zelfs corrupte president.’ foto: Jan Sefti (CC BY-SA 2.0)

Ludo De Brabander vindt dat de Koerden wel recht op zelfbeschikking hebben, maar hij beschouwt zich daarom niet als een nationalist. ‘Er is een verschil tussen nationalisme en emancipatie. Dat laatste gaat over het feit dat een volk alle rechten moet hebben, zowel culturele als politieke en economische rechten. Dat hoeft evenwel niet noodzakelijk binnen een natiestaat te gebeuren.’

‘Zeker voor de situatie in Noord-Irak is de belangrijkste vraag wat voor beleid je wil voeren. In de KRG zit je met zeer conservatieve en zelfs corrupte leiders, zoals Barzani bijvoorbeeld. Die wijken meestal ook niet gemakkelijk van hun macht. Ik ben er zelf dus niet echt zo enthousiast over. Persoonlijk vind ik dan ook belangrijker dat men probeert elk lid van de bevolking te voorzien van een normale levensstandaard in een rechtvaardige maatschappij.’

Directe democratie

Er bestaat wel degelijk heel wat verscheidenheid tussen de Koerdische volkeren onderling. Zo zijn de Iraakse Koerden wat meer rechts-conservatief en nationalistisch, terwijl de Koerden in Rojava volgens Özhan Zurel als zeer progressief kunnen bestempeld worden. ‘Nu dat de omringende landen de Koerden in Irak hebben bedreigd, zijn ze wel al wat naar elkaar toegegroeid. De Syrische minister van Binnenlandse Zaken heeft al gezegd dat ze elke aanval op de Iraakse-Koerden als een aanval op henzelf zullen beschouwen en dat ze hen ook zullen verdedigen. Er is een dus een soort alliantie tussen de twee. Op termijn denk ik dat dat meer en meer zal plaatsvinden.’

‘Er heerst in Rojava een zeer ecologisch, progressief en genderneutraal beleid. Zo waren de volkeren daar, waaronder de Arabieren, eerder polygaam. Dat is afgeschaft, nu mag je er nog maar met één persoon trouwen. Het is misschien maar een klein voorbeeld, maar in de omringende landen heb je dat nog niet. Er is ook een vrouwelijk leger – de YPJ –  en er zijn vrouwenrechtbanken, die volledig gerund worden door vrouwen, zodat alle vrouwelijke zaken daar terechtkomen. Tenslotte is er ook steeds een co-presidentschap, dat telkens bestaat uit een man en een vrouw.’

Progressieve revolutie

‘Dat zijn voorbeelden van zaken die zeker in het Midden-Oosten een soort van revolutie betekenen. De Koerden in Syrië creëerden een soort van bottom up-beweging, met directe democratie. Zo zijn er wijkraden, stadsraden en kantonraden. Het is echt wel een heel andere visie op de samenleving.’

Ook Derwich Ferho beschouwt het bestuur van Rojava als een van de meest democratische plekken in het Midden-Oosten. ‘De mensenrechten worden er veel beter gerespecteerd dan in de andere landen, waaronder 22 Arabische landen – Turkije inbegrepen. Dat geldt ook voor het economische aspect. Indien de Koerden met rust worden gelaten, verloopt ook dat heel goed. De regio’s moeten bestuurd worden door de eigen bevolking, maar dat wil daarom niet betekenen dat er grenzen moeten worden getrokken.’

Vrouwelijke Jezidi-rebellen verdedigden in 2014 de Sinjar-berg. foto: Kurdishstruggle (CC BY 2.0)

Onderhandelingstafel

De toekomst voor de Koerden ziet er eigenlijk helemaal niet zo slecht uit. Volgens Özhan Zurel ‘heeft de Syrische minister van Binnenlandse Zaken al gezegd dat er een zekere vorm van autonomie zal zijn voor de Koerden na de oorlog. Er is ook sprake dat de Koerden aan de onderhandelingstafel zullen mogen schuiven wanneer er over de toekomst van Syrië onderhandeld wordt, samen met de VS, Turkije en de andere belanghebbenden.’

‘De kwestie sleept al meer dan honderd jaar aan’, benadrukt Ludo De Brabander. ‘De internationale grootmachten hebben met het verdrag van Sykes-Picot het probleem gecreëerd. Dat deden ze door de Koerden geen eigen staat te gunnen en zeer onnatuurlijke grenzen te trekken. Een voorbeeld daarvan is de grens tussen Noord-Syrië en Zuidoost-Turkije. Daar werden steden en zelfs families letterlijk door een grens verdeeld. De oplossing schuilt er volgens mij in om een politieke dialoog op gang te laten komen die ertoe leidt dat de Koerden tenminste hun rechten volledig kunnen laten gelden.’

Respect

Derwich Ferho vindt dat alle volkeren in het Midden-Oosten zichzelf moeten kunnen zijn. ‘Arabieren zouden onderwijs in het Arabisch moeten krijgen, Koerden in het Koerdisch. Ook alle andere volkeren in de regio moeten zichzelf tot op zekere hoogte kunnen besturen.’

‘Bovendien moet ook godsdienst op alle vlakken vrij kunnen beleefd worden. Het kan niet dat de Islam de enige godsdienst is en dat al de rest zich daar aan moet aanpassen. Er zijn in de regio ook Christenen, Jezidi’s, Joden en andere bevolkingsgroepen. Die moeten ook allemaal gerespecteerd worden. Zolang dat niet gebeurt, komt er geen vrede.’

Tekst: Michiel Suls, foto: Levi Clancy (CC BY-SA 4.0)

F
E
E
D

B
A
C
K