Burgerbevolking grootste slachtoffer van offensief tegen PKK

Gepubliceerd door Zaman Vandaag op 5 januari 2016 – 18:11
Laatste update: 8 januari 2016 – 10:15

Foto’s: © DHAZuidoost-Turkije gaat gebukt onder een bloedig conflict tussen de staat en de PKK. De burgerbevolking in het gebied is het grootste slachtoffer van het geweld.

Stel, je bent thuis aan het ontbijten met je kind. Het is onrustig, want buiten is een oorlog gaande. Het dreunende geluid van kogelschoten en exploderende bommen dringt je huis binnen. Plotseling slaat een mortiergranaat in. Rondvliegende granaatsplinters doorboren je hoofd. Je sterft ter plekke. Je kind raakt gewond, huilt, schreeuwt ”mama”.

Zo kwam de 38-jarige Koerdische vrouw Melek Alpaydın, moeder van 3 kinderen, aan haar einde. Het drama voltrok zich afgelopen zondag in de Turkse stad Sur, in de provincie Diyarbakır, in het zuidoosten van het land. In meerdere wijken in de stad, waar meer dan 120.000 mensen wonen, geldt sinds 2 december een uitgaansverbod vanwege de hevige gevechten tussen veiligheidstroepen en PKK-militanten.

De mortiergranaat liet een gapend gat achter in de buitenmuur van Alpaydıns appartement. Op de vloer lagen kapotte dienbladen, theeglazen, schalen en puin, roodgekleurd van het bloed.

Een rouwende vrouw die arriveerde op de plaats delict haalde woedend uit naar president Recep Tayyip Erdoğan en premier Ahmet Davutoğlu, zo is te zien in een video gepubliceerd door de linkse nieuwswebsite sendika8.org. ”Laat de kinderen van Tayyip hier komen, laat zijn vrouw, zijn zoon komen. Laat de zoon van Davutoğlu hier komen, laat de zoon van Davutoğlu bevriezen, doodgaan. ‘Wij zijn moslims’, zeggen ze. Erdoğan beweert dat hij moslim is. Zou een moslim zoiets doen? We kunnen onze doden niet begraven”, riep de vrouw. “Kinderen, jonge vrouwen, ouderen worden gedood. Ze zeggen ‘we doden terroristen’, waar zie je hier een terrorist? Jullie vermoorden burgers! Jij bent een terrorist, dit is staatsterreur!”

Door wie de granaat is afgevuurd, is niet bekend. Er is een onderzoek ingesteld naar het incident. Sommige media hebben hun oordeel echter al geveld. Volgens pro-Erdoğan-media, waaronder de staatszender TRT, zit de PKK achter de aanval, volgens Koerdische media, waaronder het persbureau DİHA, is de granaat afgevuurd door een tank van het leger.

De gevechten tussen veiligheidstroepen en PKK-militanten laaiden afgelopen juli weer op na een wapenstilstand van ruim 2 jaar. Op 14 december begon de regering een grootschalig anti-terrorisme-offensief om het zuidoosten van het land ”schoon te vegen van terroristen”, verklaarde premier Davutoğlu: ”We zullen al onze steden, elk stukje grond van ons land omvormen tot gebieden van vrede, stabiliteit en vrijheid.”

Sinds juli zijn zo’n 200.000 mensen ontheemd geraakt door het geweld. Meer dan 130 burgers zijn omgekomen, meldde de Turkse mensenrechtenorganisatie İHD vorige maand. Voor juli vielen ook burgerslachtoffers. Het conflict heeft in de periode 1 januari-5 december alleen al in Diyarbakır aan 523 mensen het leven gekost, onder wie 171 veiligheidsmedewerkers, 195 militanten en 157 burgers, staat in een recent rapport van de sociaal-democratische oppositiepartij CHP. 135 van de 157 burgers kwamen om na de invoering van een nieuwe veiligheidswet op 3 april. Die wet verruimde de bevoegdheden van de politie om geweld te gebruiken tegen demonstranten. ”De nieuwe wet maakt de weg vrij voor meer politiegeweld en mensenrechtenschendingen”, waarschuwde Amnesty International vlak voor de invoering van de wet.

Een andere stad waar de gevechten een hoge tol eisen onder de burgerbevolking is Cizre, in de provincie Şırnak. Net als in Sur geldt ook in Cizre, waar meer dan 130.000 mensen wonen, sinds vorige maand in meerdere wijken een uitgaansverbod. Er is een nijpend voedsel- en watertekort en in veel wijken is er geen elektriciteit. Burgers gaan noodgedwongen de straat op om elders hun heil te zoeken. Zij verlaten de stad met witte vlaggen in hun handen. Hele wijken zijn inmiddels leeggelopen.

”In deze winterkou verlaten we huis en haard. Waar gaan we heen? Hij [president Erdoğan] zegt dat hij op hadj [pelgrimstocht naar Mekka] is geweest. Hier gaan baby’s van 3 maanden dood. Is hij niet bang voor Allah? En hij claimt dat hij moslim is. Wat voor ‘moslimzijn’ is dit?”, vertelde een 43-jarige vrouw aan Zaman-correspondent in Şırnak İbrahim Alkan. ”De staat helpt ons op geen enkele manier”, zei een 20-jarige jongeman. ”We vluchten voor de staat. Mijn broertje is voor 90 procent invalide. Vertel mij niets over de staat. Waar is de staat?”

”In plaats van de Koerden voor zich te winnen door de dialoog met hen aan te gaan en te bouwen aan een gemeenschappelijke toekomst, kiest de staat er voor om geweld tegen hen te gebruiken”, constateert de voorzitter van het Koerdisch Instituut in Brussel, Derwich Ferho, in een reactie aan Zaman Vandaag. Veel waarnemers in Turkije wijzen erop dat niet de staat, maar de PKK een obstakel vormt voor vrede en stabiliteit, maar Ferho is het daar niet mee eens. ”De PKK is een reactie op staatsgeweld. De PKK heeft de afgelopen 20 jaar meer dan 10 keer een eenzijdig staakt-het-vuren afgekondigd, voor het laatst afgelopen oktober, vlak voor de parlementsverkiezingen. De staat weigert echter steeds weer mee te werken”, zegt hij. ”Het Koerdische volk kan het geweld niet meer verdragen. Burgers, onder wie veel kinderen en bejaarden, worden gedood. De staat moet zich verontschuldigen tegenover de Koerden en radicale, concrete veranderingen realiseren om hun positie te verbeteren. Alleen dan kunnen we zeggen ‘dit land is van ons allemaal’. Maar als het huidige agressieve beleid wordt voortgezet, zit er voor de Koerden niets anders op dan verzet te bieden tegen het geweld en te vechten voor onafhankelijkheid.”

F
E
E
D

B
A
C
K