In de Koerdische stad Amed (Diyarbakir) is het gisteren tot botsingen gekomen tussen de oproerpolitie en manifestanten die protesteerden tegen de omstandigheden waarin de Koerdische PKK-leider Abdullah Ocalan gevangen wordt gehouden. In Amed waren zo’n 15 000 mensen ingegaan op de oproep van de DTP om op straat te komen. Een 23-jarige student, Aydin Erdem, overleed aan schotwonden van de politie die hij bij de demonstratie was opgelopen. Drie andere mensen geraakten gewond en 133 manifestanten werden opgepakt.

Abdullah Ocalan, de stichter van de verzetsbeweging PKK, zit in een nieuwe gevangenis op het eiland Imrali, voor de kust van Istanbul. De inrichting werd gebouwd na klachten van de Raad van Europa over Ocalans eenzame opsluiting. Volgens Koerdische bronnen zou de gevangen Abdullah Öcalan, 61 jaar, ademhalingsproblemen hebben en zou hij op 17 november jl. zijn cel van 13m² verlaten hebben voor een ‘graf’ van 6 m² zonder venster en zonder voldoende verluchting.Turkije ontkent dat de omstandigheden van Ocalans gevangenschap verslechterd zijn en zou de Raad van Europa al hebben uitgenodigd om een bezoek te brengen aan de nieuwe gevangenis.

De nu 61-jarige Ocalan werd dankzij een internationaal complot in 1999 in Kenia gearresteerd en uitgeleverd aan Turkije. Hij werd ter dood veroordeeld maar die straf werd in 2002, bij de afschaffing van de doodstraf in Turkije, omgezet in een levenslange gevangenisstraf.

Enkele dagen geleden viel er ook reeds een dode in Istanbul. Een dertigtal Turkse extremisten vielen toen de lokalen van de Vereniging van Cizre (een Koerdische stad aan de grens met Irak) aan. “Ze openden het vuur op de aanwezigen in de lokalen en liepen weg terwijl de politie toekeek. De politie deed niets om het schieten te beletten. Ze gingen weg zonder enige tussenkomst van de politie.” Bij dit incident kwam een Koerdische handelaar om en geraakten zes personen gewond. Ook in andere steden in het land braken onlusten uit.

Bovenop deze twee Koerdische doden komt nog het proces tegen de pro-Koerdische Partij voor een Democratische Samenleving (DTP). Op 8 december start het Turkse Grondwettelijk Hof de beraadslagingen wat zou kunnen leiden tot het verbod van de belangrijkste pro-Koerdische partij van Turkije, de DTP. Volgens de akte van inbeschuldigingstelling gehoorzamen de leiders van de DTP aan de richtlijnen van de gevangen PKK-leider Abdullah Öcalan. Zeven van de 21 volksvertegenwoordigers van de partij, waaronder de voorzitter Ahmet Türk alsook vele andere kaderleden, worden bedreigd met een verbanning uit het politieke leven voor diverse periodes. Ahmet Türk liet reeds weten dat de volksvertegenwoordigers het parlement zullen verlaten indien hun partij ontbonden zou worden.

Het Turks Gerechtshof is intussen ook een onderzoek gestart naar de 98 burgemeesters van de DTP omdat zij onlangs in een persverklaring de Turkse autoriteiten verzochten om een dialoog met de PKK en met Öcalan niet uit de weg te gaan. Voor het Turkse gerecht volstaat deze verklaring om een proces te beginnen tegen de burgemeesters van de Koerdische steden.

De Turkse premier Tayyip Erdogan is inmiddels vertrokken naar de Verenigde Staten waar hij een ontmoeting zal hebben met de Amerikaanse president Obama. Voor hij het vliegtuig nam, zei hij op een persconferentie dat de “veiligheidsdiensten het nodige moeten doen tegen de eventuele onregelmatigheden”. Deze uitspraak wordt beschouwd als een provocatie en toont nogmaals aan dat de Turkse staat niet oprecht is in haar wens om de Koerdische kwestie op te lossen. Koerdisch Instituut te Brussel, 07.12.2009

F
E
E
D

B
A
C
K