De Deense mediaregulator verwierp de klacht van de Turkse ambassade, maar daarmee was de kous nog niet af; dit was slechts het begin van de hardnekkige pogingen van Turkije om de zender, die zij zagen als een propaganda-instrument van de PKK, uit de lucht te krijgen.

Een tijdslijn van de Roj TV-zaak kan je hier vinden, meer over de klacht en achtergrondinformatie over Roj TV kan je hier lezen.

Het laatste verdict in de zaak viel op 3 juli. Het ging om een beroepsprocedure tegen een eerdere uitspraak in januari 2012. Tot verrassing van de Koerdische gemeenschap was het vonnis nog strenger dan het originele verdict. 

Kort na de uitspraak werd het verdict gepubliceerd.

Omdat ik van mening ben dat het uitspraken bevat die gevaarlijk zijn voor de vrijheid van meningsuiting en het vertrouwen in de rechtspraak, wil ik de aandacht vestigen op sommige aspecten van de rechtszaak.

De beoordeling van de PKK

De aanklacht focuste op de volgende drie punten:

1) Is de PKK een terroristische organisatie?

2) Hebben de vervolgde bedrijven activiteiten van de PKK gepromoot via uitzendingen van Roj TV gedurende de periode van 10 juni 2006 tot 24 september 2010?

3) Bestonden er persoonlijke, financiële, organisatorisch en historische banden tussen uitzendingen van de aangeklaagde bedrijven en de PKK?

Het cruciale punt is het eerste punt, want als de PKK niet als een “terroristische organisatie” gebrandmerkt zou zijn, dan zouden de twee andere punten geen enkele relevantie hebben. Op pagina 92 van de officiële samenvatting door het gerechtshof van de beroepszaak van Roj TV, staat te lezen dat 

“om schuldig bevonden te worden, de PKK (Partiya Karkerên Kurdistan, Koerdische Arbeiderspartij) een terroristische organisatie moet zijn volgens het strafrecht.”

Het feit dat Turkije, de Europese Unie, de Verenigde Staten en een aantal andere landen, de PKK op hun lijst hebben gezet van terroristische organisaties, is niet voldoende als bewijs in de rechtszaal. Er dient onafhankelijk geoordeeld te worden of de PKK een terroristische organisatie is of niet, want politieke agenda’s hebben natuurlijk geen invloed op de juridische besluitvorming, zeker niet in Denemarken. Of toch?

De cruciale vraag is: waar haalde de rechtbank haar informatie over de PKK?

Want voor het overleven van Roj TV, voor de vrijheid van meningsuiting, de persvrijheid en voor de geloofwaardigheid van het gerecht, is het van cruciaal belang dat er een onafhankelijke en objectieve beoordeling wordt gemaakt van de vraag of de PKK een terroristische organisatie is of niet. 

Het was een anonieme getuige van het CTA (Centrum voor Terreur Analyse), dat  opgericht werd in de schoot van het PET (Deense Veiligheids- en Inlichtingendienst) die de beoordeling van de PKK maakte voor de rechtbank. 

Het CTA maakt analyses en beoordelingen op basis van open en gesloten bronnen en levert op basis daarvan risicoanalyses. 

De anonieme getuige doet sinds 2006 onderzoek naar de PKK en zijn of haar kennis werd gebruikt in de rechtszaal. Het gerechtelijk document vermeldt dat het CTA niet heeft samengewerkt met Turkije om haar verklaringen op te stellen en dat het CTA evenmin betrokken was bij ondervragingen door de politie in Turkije. 

Het gerechtelijk document vermeldt vier specifieke bronnen waarvan de anonieme getuige gebruik heeft gemaakt:

“De Global Terrorism Database is een organisatie die wereldwijd terroristische aanslagen monitort en die onder andere door wetenschappers gebruikt wordt. De GTD wordt bestuurd door een Amerikaanse overheidsinstantie en een universiteit. Het is een gerespecteerde bron.”

De Global Terrorism Database (GTD) wordt gefinancierd door het National Institute of Justice, het “agentschap voor onderzoek, ontwikkeling en evaluatie van het Amerikaanse ministerie van Justitie”. 

“RAND Database of Worldwide Terrorism Incidents is een Amerikaanse denktank die zich bezighoudt met veiligheid en terrorisme. Ze verzamelen informatie over aanslagen. Ze worden hoog geprezen en onder meer geconsulteerd door ministeries. Ze maken onder andere rapporten. Dit is een zeer geprezen en vaak gebruikte bron. Ze krijgen geld van de Amerikaanse overheid en uit de privésector. Ze verkopen ook diensten.”

“NCTC Worldwide Incidents Tracking System is een organisatie die verschillende honderden analisten en onderzoekers in dienst heeft. NCTC staat voor National Counter Terrorism Center. Ze maken analyses en risicoanalyses. Dit is een Amerikaanse versie van het CTA, dat gebruik maakt van open bronnen. Het is een alom gerespecteerde database.”

Het NCTC is eveneens een Amerikaanse overheidsorganisatie.

“Terrorismtracker.com is een Britse organisatie die bestaat uit onafhankelijke beveiligingsbedrijven en die beveiligingsadvies verkoopt aan overheden en privépersonen. Het is een erg gewaardeerde en vaak geconsulteerde database.” 

Het zou toch enige reden tot ongerustheid moeten zijn dat drie van de vier aangehaalde bronnen Amerikaanse overheidsorganisaties zijn en/of gefinancierd worden door de Amerikaanse overheid. De hoeksteen van de hele rechtszaak is een onafhankelijke beoordeling van de PKK, gebaseerd op objectieve, onafhankelijke bronnen, en dat is mislukt. Amerika is één van de staten die de PKK op haar lijst van terroristische organisaties heeft gezet, een lijst die gebaseerd is op politieke agenda’s. Amerika heeft er belang bij dat de PKK gelabeld wordt als een “terroristische groep”, namelijk haar goede relatie met haar bondgenoot Turkije, de grootste schender van Koerdische rechten. 

De rechtbank is er dus niet in geslaagd om de PKK op geloofwaardige basis te beoordelen als een terroristische organisatie. Stonden er in het gerechtsdocument nog andere zaken die me deden twijfelen aan het rechtvaardigheidsgehalte van het rechtssysteem?

Natuurlijk!

Van kleins af aan  heb ik geleerd om minstens te proberen om alle zijden van een verhaal te horen alvorens tot een conclusie te komen. Blijkbaar vonden noch de anonieme getuige van het CTA, noch de rechtbank het nodig om beide zijden te horen in de oorlog tussen de PKK en Turkije, zo stond te lezen in het gerechtsdocument: 

“Zij (het CTA) kijkt o.a. naar groepen die vechten tegen regeringen. Ze kijken niet naar de strijd van staten tegen terroristische groepen.”

“De PKK werd bekritiseerd door de VN en door een aantal mensenrechtenorganisaties, waaronder Amnesty International en Human Rights Watch. De getuige is er zich van bewust dat deze organisaties ook kritiek hadden op Turkije, maar het CTA heeft zich in haar verklaring uitsluitend geconcentreerd op de PKK.”

En dus vergeet men Turkije.

Turkije vergeten

Ik voel me geroepen om een lange, maar belangrijke paragraaf uit het gerechtsdocument aan te halen over Turkije, omdat het goed aantoont dat men moet beseffen dat men met twee moet zijn om de tango te dansen en dat Turkije, die goede bondgenoot van het Westen, een fenomenale danser is. 

“Het blijkt duidelijk uit het voorbereidende werk dat terrorisme gedefinieerd wordt in correlatie met een legitieme staat, die gebouwd is op democratische principes en een grondwet. 

Turkije is een democratische staat met een grondwet. Turkije heeft een democratisch verkozen parlement en regering. Bovendien is Turkije lid van de Raad van Europa, d.w.z. dat ze gebouwd is op democratische en grondwettelijke principes. 

Het feit dat Turkije een aantal keren veroordeeld is door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens voor schending van de Europese conventie tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, waaronder een aantal rechtszaken over de manier waarop de Turkse autoriteiten de Koerdische situatie aanpakken, kan niet tot een ander resultaat leiden.

Turkije mag bovendien niet beschouwd worden als een bezettende macht op een deel van haar eigen grondgebied, en de strijd van de PKK kan niet gezien worden als een gevecht tegen een bezettende macht, en deze strijd kan niet beschouwd worden als een onderdeel van de activiteiten van strijdende partijen in een gewapend conflict zoals gedefinieerd door het internationaal recht. 

Op deze basis en met inachtneming van het karakter en de reikwijdte van de activiteiten van de PKK, heeft het Hooggerechtshof na een allesomvattende beoordeling beslist dat de gewapende strijd van de PKK tegen de Turkse staat om de doelstelling van de organisatie te bereiken volgens de strafwet terrorisme is. 

Het feit dat de PKK na onderhandelingen met de Turkse regering op 21 maart 2013 een staakt-het-vuren heeft afgekondigd en dat ze op 8 mei 2013 begonnen is haar guerrillero’s terug te trekken uit Turkije naar Noord-Irak, kan evenmin tot een ander resultaat leiden.”

Ik laat het aan de lezer om te beslissen of Turkije al dan niet een democratisch land is en of Turkije al dan niet een bezettende macht is in Koerdistan.

Als de rechtbank wel rekening had gehouden met het aandeel van Turkije, dan was het vonnis helemaal anders geweest. Misschien hadden de rechters dan wel het volgende geconcludeerd: “Maar ooooh, wacht eens even, volgens vele, vele, geloofwaardige documenten en getuigen en experten, wordt iedereen die zich uitspreekt tegen de schending van de mensenrechten door de Turkse staat ervan beschuldigd verdeeldheid te creëren onder het Turkse volk, de “nationale veiligheid” te verstoren en een bedreiging te vormen voor de territoriale integriteit van Turkije. Misschien, héél misschien, speelt Turkije ook wel een rol in deze oorlog?”

De denkfout is werkelijk onthutsend: de rechtbank heeft een vonnis geveld op basis van een eenzijdige presentatie van de feiten die in het voordeel speelde van de Turkse staat.

Een politieke beslissing om Roj TV te sluiten

Er zijn redenen om aan te nemen dat het vonnis en andere pogingen om Roj TV te sluiten gebaseerd zijn op politieke belangen van Turkije, de Verenigde Staten en Denemarken, vooral omdat een Turkse ambassadeur in Kopenhagen dit zelf zei in 2006. 

“Guven zei dat de Turkse ambassadeur in Kopenhagen de Deense ondersecretaris van het ministerie van Buitenlandse Zaken benaderde op 30 maart om de “politieke beslissing” te nemen om Roj TV te sluiten, zoals het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk eerder ook al gedaan hadden met de voorgangers van Roj TV.” (…) 

Aangezien hij eerdere Amerikaanse steun aan de Deense regering erkent en waardeert, vroeg hij aan de Verenigde Staten om een dringend, parallel verzoek aan de Deense regering te richten ter ondersteuning van het Turkse verzoek. Terwijl hij herhaalde dat de atmosfeer in Ankara zeer nerveus en gespannen was, zei hij dat het zeer belangrijk was voor de Turkse publieke opinie dat Amerikaanse steun voor het verzoek van Turkije bekend zou worden gemaakt in de Turkse pers.”

Documenten op WikiLeaks bevestigen dat er in 2010 een overeenkomst werd gesloten over Roj TV tussen een Turkse vertegenwoordiger en de voormalige Deense premier Anders Fogh Rasmussen, die nu secretaris-generaal is van de NAVO. Fogh wou toen ontslag nemen als premier om secretaris-generaal te worden van de NAVO, maar dat kon alleen als Turkije voor hem zou stemmen. Maar omdat Roj TV een licentie had om uit te zenden vanuit Denemarken, was Turkije niet zo tuk om Fogh hiermee te helpen. Dit veranderde natuurlijk nadat de deal over de sluiting van Roj TV rond was. 

Berlusconi, die toen premier was van Italië, zei dat er in de eindverklaring stond dat “een tv-station dat volgens (Turks premier) Erdoğan banden heeft met de PKK gesloten of verbannen uit Denemarken” moet worden.

Het volgende is een extract uit een samenvatting van de bijeenkomst tussen Turkije en de Amerikaanse viceminister van Buitenlandse Zaken op 18 februari 2010, bijna een jaar nadat Fogh verkozen werd tot secretaris-generaal van de NAVO:

 “Tacan Ildem (Turks ambassadeur in Amerika) voegde eraan toe dat Denemarken, in het kader van de POTUS-overeenkomst van 2009 die de Turkse bezwaren wegwerkte tegen de benoeming van Anders Fogh Rasmussen tot secretaris-generaal van de NAVO, beloofd had haar wettelijke bepalingen te verduidelijken, zoals vereist om te voldoen aan de vraag van Turkije om Roj TV, een spreekbuis van de PKK, te sluiten. Dit moest nog steeds gedaan worden, vervolgde Ildem.”  

In een ander document op  Wikileaks (dat gedateerd lijkt op 9 oktober 2009 en dat geklasseerd is als “vertrouwelijk”) staat te lezen dat

“Benadrukkend dat de regering zich niet kan bemoeien met de onafhankelijkheid van de gerechtelijke vervolgingen, heeft Ahrenkiel (nationaal veiligheidsadviseur) het belang van de zaak onderstreept bij de openbare aanklagers. 

Hij zei dat de aanklagers aangemoedigd zijn door het laatste bewijsmateriaal dat Turkije geleverd heeft en dat ze hopen het onderzoek deze herfst te beëindigen. (Hij merkte de mogelijkheid op dat het onderzoek ook verder gezet kon worden na de herfst.) Hij stelde vast dat de beslissing om niet te vervolgen een “grote crisis” zou veroorzaken tussen Turkije en Denemarken.”

De angst bestaat dat de uitzendingen van Roj TV vanuit Denemarken een “grote crisis” zouden veroorzaken tussen Turkije en Denemarken en ik neem aan dat ze het niet hebben over de crisis die te maken heeft met de ernstige politieke beïnvloeding van het Deense gerechtssysteem.

Onthoud gewoon het volgende, ik heb de woorden “politieke beslissing” niet als eerste gebruikt in verband met de sluiting van Roj TV – dat waren de exacte woorden van de Turkse autoriteiten zelf. Dus wie kan het nog ontkennen?

De rechtszaak van Roj TV gaat niet enkel over een Koerdisch tv-kanaal. De rechtszaak toont aan dat we goede redenen hebben om te vrezen dat een regering soms de uitkomst van een rechtszaak kan beïnvloeden en dat ze ook bereid is om dat te doen, als dat in haar belang is. Lees gewoon nog eens dit laatste citaat:

“Benadrukkend dat de regering zich niet kan bemoeien met de onafhankelijkheid van de gerechtelijke vervolgingen, heeft Ahrenkiel (nationaal veiligheidsadviseur) het belang van de zaak onderstreept bij de openbare aanklagers.”

Het citaat lijkt wel afkomstig uit een typische Amerikaanse thriller.

Roj TV vertegenwoordigt de Koerdische stem die wereldwijd bedreigd blijft. Het vonnis was een onverdiende overwinning van Turkije’s hardnekkige pogingen om alle critici van haar onrechtvaardigheden het zwijgen op te leggen.

Het is eens te meer bewezen dat Turkije’s grootschalige politieke pesterijen en vuile agenda’s tot ver buiten haar landsgrenzen reiken. Het is een schande dat het Deense gerecht hieraan ten prooi is gevallen.

Voor meer informatie over het gerechtsdocument of de rechtszaak zelf, kunt u me steeds contacteren via @nailabozo

*Naila Bozo is redacteur van de Alliance for Alliance for Kurdish Rights: http://kurdishrights.org

Vertaling Kristel Cuvelier, Koerdisch Instituut Brussel

F
E
E
D

B
A
C
K