Rojhelat

Oost-Koerdistan

In Rojhelat (Oost-Koerdistan) wonen naar schatting 8 tot 10 miljoen Koerden. Ze leven verspreid over vijf noordwestelijke provincies, gelegen tussen het Ararat-gebergte in het noorden en de Zagros-bergen in het zuiden (West-Azerbeidzjan, Koerdistan. Kermanshah, Illam en Hamadan). Een officiële hoofdstad is er niet. Kirmaşan (Kermanshah) is van strategisch belang, terwijl Mahabad vooral een historische betekenis heeft.

Een deel van de Iraanse Koerden zijn sjiitische moslims (de Feyli Koerden), de anderen zijn soennitische moslims, christenen, joden en aanhangers van oudere religies, zoals het yarsanisme en het yezidisme. Al deze laatsten worden gediscrimineerd in het door sjiieten gedomineerde Iran.

Buiten de noordwestelijke provincies, woont er ook een grote populatie Koerden in Teheran en – verrassend genoeg – helemaal aan de andere kant van het land, in de noordoostelijke provincie Noord Khorasan. Deze soennitische Koerdische bevolkingsgroep werd in de 17de eeuw, tijdens de oorlog met het Ottomaanse Rijk, naar daar gedeporteerd door de sjiitische Perzische dynastie van de Safawieden.

Na WOII werd er met de hulp van de Sovjet Unie een Koerdische ministaat opgericht in en rond de Koerdische hoofdstad Mahabad. De Mahabad Republiek (1946) is geen lang leven beschoren, maar vormt wel een belangrijk historisch precedent voor het Koerdische onafhankelijkheidstreven. De leiders van de Republiek, waaronder de legendarische Qazi Muhammed, worden gearresteerd en opgehangen. Alleen generaal Mullah Mustafa Barzanî weet te ontsnappen met een 500-tal van zijn aanhangers. Hij zal later een belangrijke rol spelen in de Koerdische opstand in Irak.

Hoewel de Koerden in 1979 deelnemen aan de Iraanse Revolutie tegen de autoritaire Sjah, keerde Ayatollah Khomeini zich al snel daarna tegen de Koerden die “democratie voor Iran en regionale autonomie voor Koerdistan” eisten. Khomeini kondigt een Fatwa af die oproept tot de “jihad” tegen de Koerdische dissidentie die geleid werd door de Koerdistan Democratische Partij van Iran (KDP-I) van dr. Ghassemlou.

Hierop volgen vijf jaren van oorlog tussen het Iraanse regime en de KDP-I die verder gezet wordt tijdens de Iran-Irak-oorlog (1980-1988). Tijdens deze oorlog steunt het Iraakse regime van Saddam Houssein de opstandige Koerden in Iran, terwijl het Iraanse regime de Koerdische opstand aanwakkert in Irak. Nadat de KDP-I in 1984 werd verslagen gaat dr. Ghassemlou in ballingschap naar Frankrijk. Hij wordt in 1989 vermoord door agenten van het Iraanse regime tijdens vredesonderhandelingen in Wenen.

Tot op vandaag worden de Koerden van Iran economisch achterop gesteld en gediscrimineerd. Politieke oppositie wordt bestraft met lange gevangenisstraffen, martelingen en talloze executies door ophanging.

F
E
E
D

B
A
C
K